Het wordt koud: de heerlijke nazomer is voorbij, we belanden in de herfst en voor we er erg in hebben, sniffen we ons door de winter heen en staan we in de ochtend eerst te krabben om de auto ijsvrij te krijgen.
De jaargetijden zijn ook in de (Italiaanse) kunst een terugkerend thema, vaak in combinatie van de vergankelijkheid van het leven: van wat extra drama was men niet vies.
Mooi voorbeeld hiervan: de Allegoria delle Quattro Stagioni (zoals de pizza, ja) van de barokkunstenaar Bartolomeo Manfredi. Hij was geen superberoemde schilder, maar interessant omdat hij duidelijk naar Caravaggio (the man, the myth) heeft gekeken. Het werk werd zowaar gemaakt in 1610: het jaar van Caravaggio’s dood. Kijk je mee?
We zien een duidelijk barokwerk: donkere achtergrond, figuren in kledij die de oude Grieken of Romeinen ook hadden kunnen dragen en een duidelijk chiaroscuro: contrast tussen licht en donker. Het stelt de vier jaargetijden voor: links La Primavera, de lente, die met rozen in het haar al spelend op de luit het seizoen aankondigt en zich hartstochtelijk laat zoenen. Over multitasken gesproken: dit moet een vrouw zijn. Ze wordt gekust door L’Autunno, de herfst, herkenbaar aan de druiven in zijn Bacchuskroon. Overmoedig als hij is kust hij de Lente, maar dweept zijn linkerarm ook nog met L’Estate, de zomer, die ons recht aankijkt met een ontblote borst voor de extra spice en controverse. Zomer rijkt haar rechterarm nog wel naar Herfst, als teken van overgang van de seizoenen. Onmiskenbaar achterin zien we de oude man, grijs en grauw, als personificatie van L’Inverno, de winter.
Op de voorgrond herfstfruit: druiven, vijgen, peren, appels. Dit is het huis van herfst, die zijn mede-jaargetijden heeft uitgenodigd in zijn huis.
Haal de handschoenen maar vast van zolder. Voor je het weet sta je te krabben.
Dayton Art Institute, Dayton, Ohio