Kappers. Ze hebben de naam veel te praten en weinig te zeggen, je rust te verstoren tijdens dat half uurtje ontspanning, maar intussen zweert bijna iedereen bij zijn of haar kapper. Ook dit verhaal gaat over kappers, eentje in het bijzonder.
Laten we bij het begin beginnen. Midden in Rome, in de wirwar van kleine straatjes, niet eens middeleeuws maar vaak veel en veel ouder, ontkom je niet aan het onmiskenbare gerommel van water, ergens op je wandeling tussen het Pantheon en de Spaanse Trappen: de Trevi-fontein. Onmiskenbaar een van de hoogtepunten van het hart van de stad, deze fontein is eigenlijk een heel plein op zich. De façade van het palazzo die als een achtertuin misschien wel de beroemdste fontein op aarde tentoonstelt.
Nicola Salvi, de architect van de beroemde fontein, was een kind uit een gegoede Romeinse familie. Zijn ouders waren welgesteld en hij kon gaan studeren. Eerst Latijnse en Italiaanse filologie, daarna wiskunde en anatomie, waarna hij het nog niet genoeg vond en ook een studie architectuur ging volgen. Hij werkte aan wat kerken en andere gebouwen, maar zijn grote project, waar hij praktisch tot aan zijn dood aan werkte, was de fontein. Toen hij daaraan begon, was het niet meer dan een plan met wat eerste werkzaamheden, ergens op een tussenpleintje in de stad. Gian Lorenzo Bernini was er ooit aan begonnen, laten eerder, maar had het niet afgemaakt. Salvi maakte er een meesterwerk van: hij gebruikte de tekeningen van de grote Bernini en ging aan de slag: van 1732 tot 1762 werd er gebouwd aan de fontein.
Als je voor de fontein staat, valt je het majestueuze karakter van het hele werk op. Het toont de zeegod Oceanos, geflankeerd door de twee gezichten van de zee. Aan de ene kant de ruwe, onstuimige zee, gesymboliseerd door de woeste paarden die onberekenbaar zijn. Aan de andere kant de rustige, kalme zee, baken van vertrouwen en stilte. Oceanos staat daartussen, als een heerser.
Salvi maakte de voltooiing van de fontein niet mee, hij stierf in 1751. Zijn vriend en opvolger Pietro Bracci, die ook de figuur van Oceanos maakte, voltooide het werk.
Terug naar de kapper (oh ja). Als je met je gezicht naar de fontein staat, zie je aan de rechterkant, bijna tegen de fontein aan, een grote bal van marmer. Die staat er niet voor niets: het pand rechts ernaast was vroeger een kapsalon. De kapper, een praatgrage bemoeial die overal een mening over had, stopte niet met het bekritiseren van Salvi en diens fontein. Niets was goed genoeg, overal had hij commentaar op. Op een dag was Salvi het zat: toen de kapsalon dicht was, plaatste hij die grote bal van marmer precies zó, dat de kapper de hele fontein niet meer kon zien. Als een soort straf voor al die bemoeizucht.
Oh ja, nog een laatste setje regels: je gooit één muntje met je rechterhand over je linkerschouder als je ooit terug wil keren in Rome, je gooit er twee als je je geliefde wil ontmoeten in de Eeuwige Stad en drie muntjes zorgen voor een huwelijk of scheiding. Succes!